Dit artikel geeft verschillende tips & tricks voor een succesvol gebruik van puntenwolken in Pythagoras

Deze aanbevelingen zullen ervoor zorgen dat de performantie zo hoog mogelijk is tijdens het analyseren van uw puntenwolk project.

Op onze Pythagoras Showcase video pagina kan je verschillende videos vinden over puntenwolken. Bekijk deze zeker ook wanneer je met puntenwolken aan de slag gaat: 



1. Projectgrootte

Probeer altijd om de grootte van de puntenwolk in Pythagoras even groot te houden als het eigenlijke project.

Een puntenwolk die veel groter is dan het het eigenlijke project zorgt ervoor dat het moeilijker wordt om je door deze puntenwolk te bewegen in het 3D venster.

Ook zal het moeilijker zijn om die delen in de puntenwolk te vinden die belangrijk zijn voor jou. 


2. Verwijderen van delen van de puntenwolk

Pythagoras heeft de mogelijkheid om delen van een puntenwolk te wissen in het 2D of 3D venster. Je kan deze functies vinden aan de linkerkant van het scherm in het 2D of 3D venster. 

2D venster:

3D venster:

Alle knipfuncties in puntenwolken worden bewaard om te vermijden dat de puntenwolk telkens opnieuw geconverteerd moet worden na elk knip-commando.


3. Snedeboxen / Snedes

Wanneer een grotere puntenwolk in Pythagoras moet geëvalueerd, geanalyseerd of gevectoriseerd worden, dan zijn sneden en snedeboxen een zeer krachtig hulpmiddel om delen van de puntenwolk te isoleren. 

Pythagoras kent drie type sneden:

  • Verticale snede (1e functie)
  • Horizontale snede (2e functie)
  • Snedebox (3e functie)

De verticale en horizontale sneden, creëren een snede in de volledige puntenwolk.

De functie snedebox isoleert een specifiek deel in de puntenwolk.


Horizontale of verticale snede:


Het creëren van een horizontale of verticale snede, geeft een resultaat zoals in bovenstaand beeld.


Binnen de rode rechthoek zie je twee gele pijltjes en een rode cirkel. Met de gele pijltjes is het mogelijk om de dikte van de snede te bepalen en te wijzigen. Met de rode cirkel kan je de snede verplaatsen doorheen de puntenwolk.


Snedebox:


Het creëren van een snedebox, geeft een resultaat zoals in bovenstaand beeld.


Binnen de rode rechthoek zie je een kleine blauwe pijl. Met deze kleine blauwe pijl kan je de breedte van de snedebox aanpassen in de blauwe richting. Hetzelfde gedrag kan verwacht worden van de kleine gele en groene pijlen aan de zijden van de snedebox.


Binnen de blauwe rechthoek zie je een blauwe, gele en groene pijl. Met deze pijlen kan je de snedebox roteren en verplaatsen volgens de blauwe, gele of groene richting.


Het gebruik van sneden en snedeboxen is cruciaal voor een goeie workflow met puntenwolken in Pythagoras.



4. Tekenvlakken

Om gemakkelijk te kunnen tekenen in het 3D venster implementeerden we teken- of projectievlakken in Pythagoras.

Pythagoras kent drie types tekenvlakken:

  • Verticaal vlak (1e functie) - Voor gevelaanzichten
  • Horizontaal vlak (2e functie) - Voor grondplannen 
  • Willekeurig vlak (3e functie) - Voor hellende daken


Wanneer een vlak geactiveerd is, worden alle objecten die in het 3D venster getekend worden, geprojecteerd in het actieve vlak.


Het creëren van een tekenvlak, geeft een resultaat zoals in bovenstaand beeld.

Het vlak wordt aangeduid door middel van een lichtgrijs vlak (een donkergrijs gebied voor het 3D tekengebied).

Binnen de rode rechthoek zie je een magenta stippellijn. Deze lijn geeft aan dat een getekend object op deze locatie geprojecteerd wordt naar het lichtgrijs vlak vlak volgens de magenta richting.

Het gebruik van teken- of projectievlakken is cruciaal voor een goeie workflow met puntenwolken in Pythagoras.


5. Scherminstellingen

Om de 3D-visualisatie van puntenwolken te verbeteren en om ze beter te analyseren voegden we verschillende scherminstellingen toe.

De twee belangrijkste werden aangeduid in bovenstaande afbeelding.

EDL:

Beter gekend als Eye Dome Lighting. Deze instelling zal een schaduweffect toevoegen aan de puntenwolk. Hierdoor wordt de afstand tussen delen van de puntenwolk benadrukt. 

Dynamisch (puntgrootte):

De dynamische puntgrootte is een zeer belangrijke instelling wanneer je de camera dicht bij bepaalde delen van een puntenwolk beweegt. Door het dynamisch wijzigen van de puntgrootte creëert Pythagoras een modelachtig effect. Hierdoor wordt vermeden dat delen van de puntenwolk slecht zichtbaar zijn als de camera er dichtbij is.


6. Helmerttransformatie

Het is in Pythagoras mogelijk om een Helmerttransformatie uit te voeren op een puntenwolk. Bij kleine projecten zal dit weinig effect hebben op de performantie, maar bij grote puntenwolk-projecten kan het zijn dat de tekening minder performant is wanneer de transformatie actief is.

Het wordt algemeen aangeraden om de puntenwolk te georefereren in de software van de hardwarefabrikant. 


7. Combineren van data

Het is mogelijk om andere data te combineren met een puntenwolk.

Wanneer de oppervlakte van de andere data veel groter is dan de oppervlakte van de puntenwolk wordt de tekening mogelijk minder performant.

Bijvoorbeeld: 

Het combineren van een grote GeoTIFF afbeelding met een kleinere puntenwolk kan een lagere performantie veroorzaken door het zwaarder gebruik van de grafische videokaart en processor.

Het wordt algemeen aangeraden om bij het analyseren van puntenwolken geen andere data in de tekening te importeren.